Zeg moeder, waar is Jan? Daarginder, daarginder
Zeg moeder, waar is Jan? Daarginder komt
hij an
Waar is hij dan geweest? Bij tante, bij
tante
Waar is hij dan geweest? Bij tante op
het feest
Wie waren daar nog meer? Twee dames, twee
dames
Wie waren daar nog meer Twee dames en
een heer
Wat heeft hij daar gehad? Een koekje, een
koekje
Wat heeft hij daar gehad? Een koekje met
een gat
terug naar Pinkelotje |
|