Woutertje kaboutertje, wiebel wiebel wiebel
woep.
Piepklein kaboutertje komt als ik roep.
Woutertje kaboutertje, wiebel wiebel wiebel
woep.
Piepklein kaboutertje komt als ik roep.
Ik heb 'm al jaren en nooit geeft 'ie last.
Hij woont in een trommeltje onder de kast.
En 's morgens om zeven uur hoor je geluid.
Dan roept 'ie om eten, dan wil 'ie eruit.
Woutertje woutertje, wiebel wiebel wiebel
woep.
Piepklein kaboutertje komt als ik roep.
Woutertje woutertje, piepklein kaboutertje,
wiebel wiebel wiebel woep, komt als ik
roep.
Ik zag 'm voor 't eerst op de mat in de
gang,
Ik zei goeiemorgen ben jij hier al lang.
Hij zei nou ik denk een minuutje of vijf,
Ik vind je wel aardig, ik denk dat ik
blijf.
Oh die Woutertje woutertje, wiebel wiebel
wiebel woep.
Piepklein kaboutertje komt als ik roep.
Woutertje woutertje, piepklein kaboutertje,
wiebel wiebel wiebel woep, komt als ik
roep.
Hij is reuze aardig we hebben veel pret,
Maar 's avonds om zeven uur moet 'ie naar
bed.
Hij trekt een pyamaatje aan van katoen,
Dan bindt 'ie zijn baard op en krijgt
nog een zoen
Oh die Woutertje woutertje, wiebel wiebel
wiebel woep.
Piepklein kaboutertje komt als ik roep.
Woutertje woutertje, piepklein kaboutertje,
wiebel wiebel wiebel woep, komt als ik
roep.
wiebel wiebel wiebel woep, komt als ik
roep.
Hoi!
Bron: Liedjes met een hoepeltje erom
terug naar Pinkelotje |
|