Twee reebruine ogen
Een bolndgelokte jonge jager,
kwam 's ochtends van de jacht terug.
Een lieve meid, naar schatting achttien
lentes.
Ontmoette hij daar bij de brug.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
Ze zouden over twee jaar trouwen.
Doch nauw'lijks waren zij vereend.
Toen moest hij weg naar 'n andere betrekking.
Ver weg en zij heeft zo geweend.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
En weder ging ter jacht de jager.
Ontmoette toen een schuwe ree.
Hij wilde op dat edele dier gaan schieten.
Legde an, maar schudde toen van nee.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
Twee reebruine ogen, die keken de jager
an.
Twee reebruine ogen, die hij niet vergeten
kan.
terug naar Pinkelotje |
terug naar Pinkie
|